Een onmogelijke opgave
Pagina 1 van 1
Een onmogelijke opgave
Soms heb je geluk, soms heb je pech. Een man verviel van de ene dag op de andere van grote rijkdom in grote armoede door opeenvolgende pech en ongeluk. Hij probeerde er weer bovenop te komen door zich in allerlei handeltjes te storten, maar niets wilde lukken.
Ten einde raad besloot hij een tovenaar te raadplegen die in de wijde omtrek beroemd was. Hij vroeg hem simpelweg hoe hij het grootst mogelijke aantal goudstukken kon krijgen. De tovenaar luisterde aandachtig naar hern, dacht diep na, en raadde hem vervolgens aan om van potscherven zoveel stukken te maken als hij maar kon. Daarna moest hij wachten op de dag van het Achoera-feest, want dat was de enige geschikte dag voor een dergelijke toverkunst. Op die dag moest de man vroeg opstaan en naar een speciale bron gaan die de tovenaar hem aanwees en de stukken aardewerk in het water gooien. Die zouden dan veranderen in goudstukken. "Maar," zei de tovenaar nog, "pas op!" Hij mocht beslist niet denken aan een haas, want anders moest alles het volgende jaar weer opnieuw gedaan worden.
Onze man maakte dus zoveel scherven als hij maar kon en wachtte ongeduldig het Achoera-feest af. Dat duurde nog een hele tijd, maar eindelijk was het zover. Die ochtend stond hij vroeg op en ging naar buiten terwijl hij een stoet van zeker tien ezels achter zich aantrok, alle volbeladen met manden waar de aardewerkscherven uitpuilden. Haastig liep hij in de richting van de bewuste bron. Onderweg kwam hij vrolijke kinderen tegen die aan het spelen waren: het was de dag van Achoera, het feest van de kinderen en ze waren allemaal blij. Sommigen lieten rotjes knallen tussen de benen van de voorbijgangers om lekker te kunnen lachen om hun schrik; anderen liepen met poppen te wandelen die prachtig uitgedost waren als bruid en bruidegom; weer anderen sloegen op trommels van allerlei soorten en maten.
Maar onze man zag en hoorde niets. Hij liep naar de bron met zijn ezels en dacht alleen aan het geld dat hij zou krijgen... Eindelijk was hij er. Hij laadde de manden af en gooide de aardewerkscherven in het water zoals de tovenaar het hem had aangeraden en herinnerde zich plotseling dat hij niet moest denken aan een haas! Te laat! Hij had er al aan gedacht. Hij liet zijn ezels achter, draaide zich woedend om en stormde bij de tovenaar naar binnen.
"Jouw raad is onmogelijk op te volgen!" riep hij. "Ik hoef alleen maar te denken dat ik niet moet denken aan een haas om alles te laten mislukken!" De tovenaar glimlachte en antwoordde: "Jij hebt mij het onmogelijke gevraagd. Ik kon jou slechts antwoorden met het onmogelijke."
Ten einde raad besloot hij een tovenaar te raadplegen die in de wijde omtrek beroemd was. Hij vroeg hem simpelweg hoe hij het grootst mogelijke aantal goudstukken kon krijgen. De tovenaar luisterde aandachtig naar hern, dacht diep na, en raadde hem vervolgens aan om van potscherven zoveel stukken te maken als hij maar kon. Daarna moest hij wachten op de dag van het Achoera-feest, want dat was de enige geschikte dag voor een dergelijke toverkunst. Op die dag moest de man vroeg opstaan en naar een speciale bron gaan die de tovenaar hem aanwees en de stukken aardewerk in het water gooien. Die zouden dan veranderen in goudstukken. "Maar," zei de tovenaar nog, "pas op!" Hij mocht beslist niet denken aan een haas, want anders moest alles het volgende jaar weer opnieuw gedaan worden.
Onze man maakte dus zoveel scherven als hij maar kon en wachtte ongeduldig het Achoera-feest af. Dat duurde nog een hele tijd, maar eindelijk was het zover. Die ochtend stond hij vroeg op en ging naar buiten terwijl hij een stoet van zeker tien ezels achter zich aantrok, alle volbeladen met manden waar de aardewerkscherven uitpuilden. Haastig liep hij in de richting van de bewuste bron. Onderweg kwam hij vrolijke kinderen tegen die aan het spelen waren: het was de dag van Achoera, het feest van de kinderen en ze waren allemaal blij. Sommigen lieten rotjes knallen tussen de benen van de voorbijgangers om lekker te kunnen lachen om hun schrik; anderen liepen met poppen te wandelen die prachtig uitgedost waren als bruid en bruidegom; weer anderen sloegen op trommels van allerlei soorten en maten.
Maar onze man zag en hoorde niets. Hij liep naar de bron met zijn ezels en dacht alleen aan het geld dat hij zou krijgen... Eindelijk was hij er. Hij laadde de manden af en gooide de aardewerkscherven in het water zoals de tovenaar het hem had aangeraden en herinnerde zich plotseling dat hij niet moest denken aan een haas! Te laat! Hij had er al aan gedacht. Hij liet zijn ezels achter, draaide zich woedend om en stormde bij de tovenaar naar binnen.
"Jouw raad is onmogelijk op te volgen!" riep hij. "Ik hoef alleen maar te denken dat ik niet moet denken aan een haas om alles te laten mislukken!" De tovenaar glimlachte en antwoordde: "Jij hebt mij het onmogelijke gevraagd. Ik kon jou slechts antwoorden met het onmogelijke."
Pagina 1 van 1
Permissies van dit forum:
Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum